Ik heb gelijk, …geloof ik

Dat is de titel van mijn nieuwste column op fondsnieuws.nl.

Je vindt de column HIER.

Ik weet niet of deze link goed werkt. Daarom plak ik de tekst bij uitzondering ook hieronder.

Ik heb gelijk, …geloof ik

Ze zeggen dat de coronapandemie aanzienlijke psychische schade aanricht. Aangezien ik niet arrogant wil zijn, ga ik er daarom maar vanuit dat ik inmiddels tenminste een beetje van het padje raak. U bent ongetwijfeld vriendelijk en beleefd en geneigd te denken dat het met mijn psychische gesteldheid waarschijnlijk meevalt. Dan raad ik toch aan dit oordeel op te schorten tot u deze column hebt gelezen.

Vorige week zaterdag las ik in een bijlage van de Financial Times het artikel ‘From forgeries to Covid-denial’ van Tim Harford. Hij stelde de vraag aan de orde waarom mensen zichzelf voor de gek houden. Het betoog was opgehangen aan het verhaal van Han van Meegeren, de meestervervalser die voor en in de Tweede Wereldoorlog schilderijen maakte waarmee hij zelfs de grootste Vermeer-kenners deed geloven dat het originele Vermeers waren. In het relaas van Harford stond eigenlijk niet Van Meegeren centraal maar Abraham Bredius, destijds één van de grootste Vermeer-kenners. De ‘Vermeers’ van Van Meegeren leken helemaal niet op de bekende werken van de Delftse meester. Hoe kon Bredius zich zo in de luren laten leggen?

Het antwoord van Harford is dat Bredius geloofde wat hij graag wilde geloven, heel erg graag zelfs, ‘motivated reasoning’ schijnt het te heten. Uiteraard was Van Meegeren sluw en verleidde hij Bredius in de richting van de spectaculair verkeerde conclusie.

Motivated reasoning is overal…

Harford vergelijkt Bredius’ oordeel met de discussie rond de ‘gestolen’ Amerikaanse presidentsverkiezingen, Covid-19 en klimaatverandering; mensen geloven wat ze willen geloven. Kennelijk meent Harford dat hijzelf de waarheid in pacht heeft en dat mensen die een andere mening hebben dan de zijne vergelijkbaar zijn met Bredius. Waarom hijzelf niet een Bredius is, is mij niet duidelijk, maar dat ligt waarschijnlijk aan mijn inmiddels voortschrijdende psychische aftakeling.

Over de discussie omtrent klimaatverandering schrijft Harford een zeer intrigerend stukje:

‘…not only is there a huge gap between Democratic and Republican supporters over how concerned they are about climate change but the gap grows wider among Republicans and Democrats with higher levels of education and scientific literacy. Greater knowledge does not guarantee convergence on the truth; when coupled with motivated reasoning it can simply provide fuel for polarisation’ (cursivering van mij). En ik maar denken dat objectieve waarheid bestaat. Als Harford gelijk heeft, tast dat mijn psychische gezondheid verder aan, ik vrees echt hartstikke gek te worden.

…ook onder economen

Het kan niet anders dan dat motivated reasoning ook onder economen en beleggers eerder regel dan uitzondering is. Bijna alle politieke partijen schijnen in hun verkiezingsprogramma te hebben opgenomen dat we in onze economie minder marktwerking en juist meer overheidsbemoeienis en regulering moeten hebben. Het verbaast me. De overheidssector is al heel groot. Moet die nog groter? En hoewel er genoeg voorbeelden van marktfalen zijn, kan ik mij niet aan de indruk onttrekken dat de overheid zich evenmin altijd in glorie hult. De toeslagenaffaire komt direct in mij op en biomassa, ook ‘van het gas af’ en het trage vaccineren. Of neem de huizenmarkt, een markt met zeer veel overheidsbemoeienis die opzichtig faalt. Nee, ik weet het zeker, op meer overheid zitten we niet te wachten. Maar dan herinner ik me Harford weer. Ben ik een Bredius die de onzin gelooft waarin hij graag wil geloven of zijn juist de anderen Brediussen?

Vorige week nam ik deel aan een discussie met gerenommeerde economen. We bespraken waarom de rente zo laag is. Uiteraard werd snel een lijst opgesteld van factoren die daaraan hebben bijgedragen. De eerlijkheid gebiedt echter toe te geven dat geen van ons deze lage rente jaren geleden had voorzien en bij elke factor konden wel kanttekeningen worden geplaatst. De conclusie was dat we het niet precies weten, ofschoon sommige economen meenden dat zij het persoonlijk wel exact weten. Stel je voor: de rente is een van de belangrijkste prijzen in een markteconomie en een groep economen die hun brood vooral verdienen met nadenken over financiële markten weet geen eensluidende verklaring te vinden voor de extreem lage rente, laat staan veel zinnigs te zeggen over de toekomst.

Deprimerend, vindt u niet? Wellicht bent u er inmiddels aan toe een oordeel te vellen over mijn psychische gesteldheid. Maar weet u, dat is mijn probleem. Als ik u was, zou ik me eens afvragen hoe het met uw eigen psyche gaat. Als u daar nog niet aan had gedacht, is het waarschijnlijk niet best met u gesteld. Succes ermee!