- Het mondiale conjuncturele herstel zet door, maar loopt risico
- Ondernemersvertrouwen in de industrie verbetert…
- …dat in dienstensector valt juist terug
- Economische vooruitzichten zeer afhankelijk van corona
- Amerikaanse huizenmarkt zeer sterk
- Ongebruikelijke divergentie in Nederland
Het mondiale herstel zet door, maar verliest op sommige plaatsen duidelijk momentum. Vorige week schreef ik over China, waar het herstel indrukwekkend is. Het Europese herstel lijkt op korte termijn in gevaar gebracht te worden door de toename van coronabesmettingen in veel landen. In de VS is het van belang dat de politiek een compromis vindt over het verlengen of vernieuwen van steunmaatregelen. De discussie over of de huidige president zonder slag of stoot het Witte Huis zal verlaten mocht hij de verkiezingen verliezen, helpt bepaald niet.
Aantal besmettingen geeft te negatief beeld, het lage aantal IC-opnames een te positief beeld
Het aantal gemelde coronabesmettingen in ons land blijft stijgen. Gisteren waren het er volgens de site van het RIVM 2552. In de eerste golf in maart/april lag de piek op 1335. Ik heb al wel eerder geschreven dat deze cijfers zeer waarschijnlijk een te negatief beeld schetsen omdat er nu veel meer getest wordt dan toen. Het aantal ziekenhuisopnames, IC-opnames en sterfgevallen blijft veel lager dan in maart/april. Gisteren waren er bijvoorbeeld 10 IC-opnames tegen een piek van 110 in de eerste golf. Maar deze cijfers geven waarschijnlijk een te rooskleurig beeld. Het aantal besmettingen is nu hoog onder jongeren die minder snel op de IC terecht komen. Het RIVM geeft ook cijfers over virusdeeltjes in het rioolwater. De meest recente stand is 313. Dat is een stuk lager dan de 1430 van begin april, maar dit cijfer was tot onder 20 gezakt in juli. Ik denk daarom dat we zeer alert moeten blijven.
We zijn bepaald niet het enige land waar het aantal gemelde besmettingen toeneemt. Het is een patroon in veel Europese landen, hoewel er behoorlijke verschillen per land zijn. Zo zijn de cijfers in bijvoorbeeld Duitsland, Zwitserland en Italië veel minder slecht dan bij ons, en bijvoorbeeld, in Spanje, Frankrijk en België.
Buiten Europa zijn de patronen anders. Van een tweede golf is in de meeste gevallen momenteel geen sprake. Voor wat betreft de verschillen binnen Europa is mijn indruk dat discipline waarmee mensen zich aan de regels en aanbevelingen houden een grote rol speelt. Maar ik speculeer hier.
Ondernemersvertrouwen in de dienstensector zakt weer terug
De voorlopig cijfers over het ondernemersvertrouwen in september geven aan dat het herstel in de verwerkende industrie zich doorzet. Vooral in Duitsland is dat het geval. De voorlopige Markit PMI voor de industrie steeg er van 52,2 in augustus naar 56,6 in september, een forse sprong. Duitse ondernemers rapporteerden de sterkste stijging van ‘nieuw werk’ in meer dan tien jaar. Dat was vooral dankzij een forse en accelererende stijging van de export orders. Het ziet ernaar uit dat Duitsland profiteert van het indrukwekkende herstel in China. In Frankrijk en in de eurozone als geheel ging de vertrouwensindex van ondernemers in de industrie ook omhoog in september, maar was die stijging meer bescheiden.
De toonaangevende Duitse Ifo-index die het ondernemers vertrouwen in de hele Duitse economie meet, steeg ook in september: 93,4 tegen 92,5 in augustus. Het was de vijfde stijging op rij, maar het tempo waarmee de index omhooggaat neem wel af. In april werd een dieptepunt geregistreerd van 74,3.
In tegenstelling tot in de industrie is het ondernemersvertrouwen in de dienstensector in de eurozone in september gedaald. De Markit PMI daalde van 50,5 in augustus naar 47,6. Een cijfer beneden 50 suggereert dat sprake is van krimp. De verslechtering van het vertrouwen in de dienstensector lijkt samen te hangen met de toename van het aantal coronabesmettingen. En of het dan om nieuwe restricties op het openbare leven gaat of dat mensen hun gedrag direct veranderen als ze te horen krijgen over toenemende aantallen besmettingen, weet ik niet. Het doet er ook niet echt toe. De cijfers suggereren dat de voortgang van het economisch herstel afhankelijk is van het onder controle houden van het virus. Overigens is de huidige stand van het ondernemersvertrouwen in de dienstensector wel veel hoger dan het dieptepunt in april. Dat was 12 (op een schaal van 0 tot 100).
Herstel VS loopt gevaar
De politieke onenigheid in de VS over nieuwe steunmaatregelen vormt een gevaar voor het economisch herstel. De tijdelijke verruiming van werkloosheidsuitkeringen is afgelopen en veel gezinnen dreigen daardoor in de problemen te komen. Ook de verbetering op de arbeidsmarkt zet voorlopig niet echt verder door. Weekcijfers kunnen nogal volatiel zijn en onder invloed staan van toevallige factoren en nationale feestdagen, maar het zou mooi zijn als het aantal nieuwe werkloosheidsuitkeringen zou blijven dalen. In de week van 19 september was het aantal echter fractioneel hoger dan in de week ervoor. Toch geven diverse enquêtes aan dat Amerikaanse bedrijven van plan zijn hun investeringen op te voeren en mensen aan te nemen. Het is tegen deze achtergrond niet verrassend dat Fed-baas Powell en de president van de Chicago-Fed, Evans, deze week expliciet opriepen de politieke strijdbijl te begraven en een nieuw steunpakket te lanceren.
Juist wel crescendo gaat het op de huizenmarkt. Dat is een wonderlijk verschijnsel dat zich in deze crisis ook elders manifesteert. Bij ons bijvoorbeeld. De volgende grafiek laat zien dat zowel het aantal verkochte bestande als nieuwbouwwoningen in augustus het hoogste aantal in jaren bereikte. Het lijkt erop dat er een behoorlijke tweespalt in deze crisis ontstaat tussen mensen die een veilige baan en inkomen hebben en zij die dat niet hebben. De combinatie van de steunmaatregelen door de Amerikaanse overheid, de dit jaar in de VS gedaalde hypotheekrente en de eerder dit jaar sterk teruggevallen consumptie zijn de huizenmarkt nu tot steun. Veel gezinnen hebben hun besparingen daardoor zien oplopen en kennelijk vinden ze het opportuun een huis te kopen. Voorlopig lijkt die trend niet ten einde en aangezien mensen die een nieuw huis betrekken het ook moeten inrichten en er misschien aan moeten klussen, geeft dit een impuls aan de particuliere consumptie.
Divergentie in Nederland
Deze week publiceerde het CBS een aantal indicatoren over de Nederlandse economie. Voor de toekomstige groei is het van belang dat bedrijven (blijven) investeren. In de crisis waren de investeringen in materiële vaste activa eerder dit jaar sterk teruggevallen. Het dieptepunt lag in mei volgens het CBS met een min van 20% ten opzichte van een jaar eerder. Inmiddels is sprake van verbetering, maar de investeringen lagen in juli nog altijd bijna 5% lager dan een jaar eerder.
Zoals ik al eerder heb opgemerkt, en in lijn met andere landen, is sprake van een opvallende divergentie tussen het vertrouwen onder consumenten en dat onder ondernemers. Het consumentenvertrouwen in ons land was in september een fractie hoger dan in augustus: -28 tegen -29. Feitelijk stabiliseert het consumentenvertrouwen al maanden op een laag niveau. Het producentenvertrouwen daarentegen verbetert wel, al is daarover nog geen septembercijfer gepubliceerd door het CBS. De divergentie tussen beide reeksen is niet uniek maar kan niet heel lang voortduren. In het verleden volgde het consumentenvertrouwen vaak het producentenvertrouwen wanneer de weg omhoog werd ingeslagen. Deze crisis is echter anders dan voorgaande. Wanneer de bestedingen uitblijven en er misschien meer restricties op het openbare leven worden ingesteld, kan het dit keer ook zo maar andersom gaan. Ook hier is het dus van het grootste economische belang dat we het virus eronder houden/krijgen.
Het patroon van de particuliere consumptie is behoorlijk van slag. De volgende grafiek brengt de divergentie in beeld tussen de groei van de detailhandelsomzet en de totale consumptieve uitgaven. Het verschil tussen beide wordt gevormd door consumptieve uitgaven aan diensten. Die hebben dus zwaar te lijden onder de coronacrisis en de ‘anderhalve meter’.