Hoera, herstel in de industrie

  • Vertrouwen ondernemers industrie verbetert
  • Gedaalde inflatie steunt volume detailhandelsverkopen
  • Nederlandse inflatie veert op in januari, maar daling ligt in het verschiet
  • Eurozone BBP stagneert in Q4
  • Fed laat rente onveranderd, ook geen renteverlaging in maart

Er tekent zich een positieve ontwikkeling af in de industrie. Die ontwikkeling is mondiaal. In ons eigen land meldden zowel het CBS als de NEVI deze week een verbetering van het ondernemersvertrouwen in de industrie. Vooral de inkoopmanagersindex van de NEVI steeg sterk: van 44,8 in december naar 48,9 in januari. We moeten bijna drie jaar terug om een grotere stijging te vinden. Wel ligt de inkoopmanagersindex nog onder 50, dus indiceert de enquête dat nog altijd sprake is van krimp. Ook de CBS-indicator ligt onder het gemiddelde op de lange termijn. Maar dit soort indicatoren wisselt niet heel vaak van richting, dus ik ben hoopvol dat de verbetering zich zal voortzetten.

Bron: Macrobond

De verbetering van het vertrouwen wordt gedreven door de gedaalde rente en de lagere gasprijzen. In de enquêtes komt vooral naar voren dat ondernemers minder negatief worden over hun orderpositie. Economen hechten veel waarde aan de beoordeling van de orders omdat die over het algemeen wat voorlopen op de conjunctuur als geheel. Volgens de NEVI steeg hun sub-index over de productievooruitzichten over de komende twaalf maanden van 59,7 in december naar 65,7 in januari, een forse stijging.

Nederland is geen eiland. In tegendeel, we zijn slechts een klein deel van de wereldeconomie. Als onze industriële ondernemers minder pessimistisch worden dan zal dat elders ook wel zo zijn. En inderdaad. In de VS steeg de industriële vertrouwensindex van het Institute for Supply Management (ISM) van 47,1 in december naar 49,1 in januari. Net als bij ons verbeterde de beoordeling van de orderontvangsten. Die sub-index kwam zelfs voor het eerst sinds medio 2022 weer boven 50. Ook in China verbeterde het vertrouwen van industriële ondernemers in januari volgens de index van de NBS, 50,7 tegen 50,4 in december.

Bron: Macrobond

Cijfers over de productie zelf verbeteren eveneens. In Korea, bijvoorbeeld, steeg de productie in december met 0,6% m-o-m, na een stijging van 3,6% in november. Ten opzichte van een jaar eerder lag de productie in december zelfs 6,2% hoger.

Nederlandse detailhandelsomzetten in de lift

De detailhandel in ons land heeft in december 4,2% meer omgezet dan een jaar eerder. De omzetstijging ligt al sinds maart tussen 3% en 7%. Bedacht dient te worden dat de inflatie over deze periode fors is gedaald. De volumeontwikkeling is dus een stuk gunstiger dan de nominale omzetcijfers suggereren. In volume lagen de verkopen 1,7% hoger dan een jaar eerder, de eerste duidelijke stijging in een jaar tijd.

Helaas is onze inflatie in januari weer opgelopen. Volgens de ‘snelle raming’ lagen de prijzen in januari 3,2% hoger dan een jaar eerder. In december was dat nog 1,2%. Deze forse toename van het inflatietempo werd grotendeels veroorzaakt door het basiseffect. In januari 2023 daalde het prijspeil in één maand tijd met 1,4%. Dit jaar stegen de prijzen in januari juist. Het CBS heeft nog weinig details gepubliceerd, maar ik neem aan dat de stijging in januari vooral is veroorzaakt door de verhoging van belastingen en huren. Gelet op het verloop van de inflatie vorig jaar mag in februari en in april dit jaar een behoorlijke daling van het jaar-op-jaar inflatiecijfer worden verwacht.

Bron: Macrobond

Voor de eurozone als geheel staat er nu een inflatiecijfer van 2,8% voor januari in de boeken, na 2,9% in december. De kerninflatie daalde ook: van 3,4% in december naar 3,3% in januari.

Eurozone economie stagneert

Volgens de eerste ramingen van Eurostat is het BBP van de eurozone in het vierde kwartaal van 2023 onveranderd gebleven. Ten opzichte van een jaar eerder werd een klein plusje van 0,1% geboekt. Zoals gebruikelijk zijn er aanzienlijke verschillen tussen landen. De Duitse economie kromp 0,3% kwartaal-op-kwartaal, terwijl de Spaanse juist met 0,6% groeide.

Bron: Macrobond

Fed laat rente onveranderd

Net als de ECB een week eerder liet de Fed de officiële rente deze week onveranderd. Op de persconferentie na de beleidsvergadering in december had Fed-voorzitter Powell duidelijk gemaakt dat de deur naar renteverlagingen open staat. Markten reageerden toen verheugd en begonnen een eerste renteverlaging in maart in te prijzen. Dat was de Fed kennelijk te gortig. Deze keer zei Powell nadrukkelijk dat een renteverlaging in maart zeer onwaarschijnlijk is. Waarom een renteverlaging dan zo onwaarschijnlijk is, werd eigenlijk niet erg duidelijk. De Fed is tevreden over het verloop van de inflatie. Powell zei dat er niet ‘nog betere cijfers’ nodig zijn om de Fed tot een renteverlaging te doen besluiten. Hij zei dat er ‘meer goede cijfers’ nodig zijn om het beleidscomité te verleiden de rente te verlagen. Wel gaf hij duidelijk aan dat een onverhoopte verslechtering van de conjuncturele ontwikkeling een renteverlaging dichterbij zou brengen. Laten we Powell maar op z’n woord geloven en ervan uitgaan dat tot een eerste renteverlaging zal worden besloten op de vergadering van 30 april/1 mei.

Tijdens de persconferentie werd uitgebreid over de ontwikkeling van de lonen gesproken. Net als bij ons stijgen de lonen momenteel nog in een tempo dat hoger ligt dan verenigbaar is met de inflatiedoelstelling van de Fed. De zogeheten ‘Employment Cost Index’ is een brede indicator van de ontwikkeling van de loonkosten. In het vierde kwartaal waren die 4,2% hoger dan een jaar eerder. Ten opzichte van het derde kwartaal bedroeg de stijging 0,9%. Dat is nog steeds hoger dan verenigbaar met 2% inflatie op langere termijn, maar het was de laagste kwartaalstijging sinds het tweede kwartaal van 2021. Met andere woorden, de stijging van de loonkosten matigt zich.

Bron: Macrobond

De Amerikaanse arbeidsmarkt is krap, maar ontspant zich al een poos. Die ontspanning zette zich in december voort. Het aantal openstaande vacatures nam in december weliswaar iets toe, maar de trend blijft dalend en het aantal mensen dat uit eigen beweging ontslag nam daalde.

Bron: Macrobond

Afsluitend

De toon van dit commentaar is positiever dan die van voorgaande commentaren. Hoewel het nog niet allemaal heel erg overtuigend is, lijkt zich toch een verbetering af te tekenen in de industrie. Eerder al rapporteerde ik over de wat aantrekkende internationale handel in Azië. Beide ontwikkelingen liggen in elkaars verlengde. Verder is het duidelijk dat de gedaalde inflatie de koopkracht steunt wat gunstig is voor het volume van de consumptieve bestedingen. Of deze positieve ontwikkelingen kunnen worden volgehouden, valt te bezien, maar ‘so far, so good’. Het recente verleden is voor de eurozone niet geweldig. De economie stagneert al enkele kwartalen achtereen. Het begint er echter op te lijken dat een verbetering in de loop van dit jaar in het verschiet ligt.